In deze tijd van het jaar druppelen de voorlopige aanslagen IB en Vpb 2022 binnen. Niet zelden zal de schatting van de Belastingdienst niet juist zijn en moet u een wijzigingsverzoek indienen. Zorgvuldigheid hierbij is geboden want het doen van een onjuist (wijzigings)verzoek kan grote consequenties hebben.

Vergrijpboete?
Wanneer u bij de aanvraag of een herzieningsverzoek van een voorlopige aanslag opzettelijk onjuiste of onvolledige informatie verstrekt, kan een vergrijpboete worden opgelegd. Deze boete kan oplopen tot maximaal 100% van het bedrag aan belasting dat door die onjuiste informatie ten onrechte is teruggegeven of niet is betaald (op basis van beleid wordt dit standaard al wel gematigd tot 50%).

Let op! Een boete kan worden opgelegd tot maximaal vijf jaar nadat het verzoek om een voorlopige aanslag is gedaan.

Opzet moet worden aangetoond
Voor het opleggen van de vergrijpboete is opzet vereist. De inspecteur zal dit moeten bewijzen. Van opzet is sprake wanneer de belastingplichtige wil en weet dat er te weinig belasting wordt geheven. Dit kan ook als er sprake is van voorwaardelijke opzet waarbij de belastingplichtige de aanmerkelijke kans op opzet heeft aanvaard. Opzet van een gemachtigde wordt in beginsel niet aan de belastingplichtige zelf toegerekend.

Van opzet is bijvoorbeeld geen sprake wanneer de schattingen niet geheel overeenkomen met de uiteindelijke bedragen. Van belang is daarbij wel dat de geschatte bedragen niet aanzienlijk mogen afwijken van de werkelijke bedragen. Van opzet is wel sprake als bijvoorbeeld hypotheekrenteaftrek wordt geclaimd terwijl iemand geen eigen woning heeft. Ook een ondernemer of bv die bewust een aanzienlijk te lage winst vermeldt in een (wijzigings)verzoek, valt hieronder.

Geen boete
Als de inspecteur een onjuiste voorlopige aanslag oplegt op basis van zijn ‘eigen’ gegevens, kan een belastingplichtige niet worden beboet. Wanneer een belastingplichtige geen melding doet van gewijzigde omstandigheden die van belang zijn voor de aanslag, kan eveneens geen boete worden opgelegd. Zo is een belastingplichtige dus niet verplicht actief te vragen om (verhoging van) een voorlopige aanslag als deze te laag is.

Alleen wanneer opzettelijk onjuiste of onvolledige informatie wordt verstrekt, is sprake van een beboetbaar feit. Het argument dat een en ander bij de definitieve aanslag wel wordt hersteld, is niet geldig!

Let op! Een te hoge voorlopige aanslag aanvragen om bijvoorbeeld het vermogen in box 3 tijdelijk te verlagen of om negatieve rente te ontlopen is dus ook niet toegestaan.

Zorgvuldigheid geboden
Let dus bij het verzoeken om een voorlopige aanslag op dat de deze zo correct en volledig mogelijk wordt ingevuld. Als een onjuiste voorlopige aanslag is aangevraagd, kan een boete altijd worden voorkomen door tijdig, juist en volledig een nieuwe voorlopige aanslag aan te vragen of door tijdig een juiste en volledige aangifte in te dienen.

Bron: SRA